STEDIN VRAAGT WATERWEGGEMEENTEN OM HULP BIJ STROOMNET

SCHIEDAM- Stedin, de beheerder van het elektriciteitsnet in Zuid-Holland, heeft een oproep gedaan aan de programmacommissies die werken aan de verkiezingsprogramma’s voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2026. Het bedrijf vraagt gemeenten om aandacht te besteden aan de problemen op het stroomnet en om daar bij hun plannen rekening mee te houden.

Volgens Stedin groeit de vraag naar elektriciteit sterk door nieuwe woningen, bedrijven, laadpalen en meer zonnepanelen en windmolens. Op drukke momenten kan het netwerk dat niet altijd aan, wat leidt tot zogeheten netcongestie. Dat betekent dat er tijdelijk geen ruimte meer is op het net. Bedrijven, scholen en zorginstellingen merken dat in de praktijk, bijvoorbeeld doordat aansluitingen of uitbreidingen worden uitgesteld.

Om dit probleem op te lossen, vraagt Stedin gemeenten om mee te werken op drie punten. Ten eerste is er meer ruimte nodig voor kabels, onderstations en transformatorhuisjes. Ten tweede wil het bedrijf dat gemeenten inwoners en bedrijven stimuleren om slimmer met stroom om te gaan, bijvoorbeeld door auto’s later op te laden of huishoudelijke apparaten buiten de piekmomenten te gebruiken. Ten derde pleit Stedin voor de aanleg van warmtenetten in dichtbebouwde wijken, zodat de druk op het elektriciteitsnet vermindert.

De netbeheerder vindt dat snelle vergunningen en heldere keuzes van gemeenten een groot verschil kunnen maken. Het bouwen van een onderstation duurt 2 jaar, maar de procedures daarvoor soms wel 8 jaar. Door tijdig samen te werken kan de uitbreiding van het net sneller verlopen en blijft er ruimte voor woningbouw, bedrijven en maatschappelijke voorzieningen.

Stedin geeft aan dat het dagelijks werkt aan het versterken van het energiesysteem en dat daar veel nieuwe medewerkers voor nodig zijn. Gemeenten zouden volgens de brief inwoners die werk zoeken, kunnen wijzen op vacatures bij het bedrijf.

In de brief van Stedin wordt niet ingegaan op een andere discussie die in de regio speelt, namelijk de vraag of de huidige overstap op alternatieve energiebronnen moet worden afgeremd of zelfs stopgezet. Critici wijzen erop dat het grootschalig overstappen op elektriciteit voor verwarming, vervoer en industrie juist bijdraagt aan de overbelasting van het stroomnet. Daarnaast blijft in de brief onbesproken dat er al plannen bestaan voor de bouw van een nieuwe kerncentrale op de Maasvlakte. Voorstanders zien kernenergie als een stabiele bron van elektriciteit die totaal niet afhankelijk is van pieken in zon en wind. Door deze ontwikkelingen te betrekken bij het debat, wordt duidelijk dat de toekomst van de energievoorziening niet alleen draait om uitbreiding van het bestaande netwerk, maar ook om keuzes over welke bronnen van energie Nederland in de komende decennia wil inzetten.