SCHIEDAM- De rechtbank Rotterdam heeft Yordi H. (25) uit Bergschenhoek veroordeeld tot 28 maanden gevangenisstraf wegens het medeplegen van een beschieting van een pand op het Piet Paaltjesplein in Rotterdam-Spangen en het bezit van een automatisch vuurwapen. De uitspraak valt lager uit dan de eis van de officier van justitie, die een celstraf van 40 maanden heeft geëist, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. De rechtbank oordeelt dat voor een deel van de ten laste gelegde feiten onvoldoende bewijs is geleverd en verklaart het Openbaar Ministerie daarom deels niet-ontvankelijk in de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke straf.
Opvallend in de zaak is dat H. zich consequent op een alibi beroept: volgens hem was hij die bewuste nacht aan het werk in zijn kantoor te Schiedam en kon hij onmogelijk iets te maken hebben gehad met het schietincinden in Spangen. Tijdens de zitting blijft hij erbij dat hij daar een groot deel van de nacht verbleef en dat hij pas later door bekenden is opgehaald in een witte Volkswagen Polo. Daarna zou hij volgens eigen zeggen met de groep alleen even Snus hebben gehaald op de Nieuwe Binnenweg en vervolgens weer naar Schiedam zijn teruggebracht. De rechtbank schenkt geen geloof aan dit verweer. Uit het uitgebreide politieonderzoek, waarin telefoongegevens, camerabeelden en verklaringen van een medeverdachte zijn meegenomen, blijkt dat de Polo op meerdere momenten op belangrijke locaties is gezien, onder andere in de Bolnesstraat te Rotterdam-Zuid. Juist daar vond de overdracht van het wapen plaats, dat later bij de beschieting is gebruikt.
Volgens de rechtbank sluiten de reisbewegingen van de Polo en de herkenning van H. door de medeverdachte als wapenleverancier het scenario dat hij rustig op kantoor zat, volledig uit. Ook de kleding die H. droeg bij de politiecontrole een uur na de beschieting komt overeen met de kleding van de man die op camerabeelden het vuurwapen overdraagt in een blauwe Albert Heijn tas.
De beschieting vindt plaats in de nacht van 25 november 2024 op het Piet Paaltjensplein te Rotterdam-West. Een portiek van een flatgebouw wordt met meerdere kogels beschoten. Kogelgaten zijn aangetroffen in de toegangsdeur, brievenbussen en de lifttoegang. De bewoners verklaarden zich kapot te zijn geschrokken en voelden zich daarna niet meer veilig in hun eigen huis. Uit het onderzoek blijkt dat H. de schutter niet alleen van een wapen heeft voorzien, maar hem ook instructies geeft vlak voor de beschieting. Volgens de medeverdachte stapte H. bij aankomst in de buurt nogmaals in de Kia Picanto om aanwijzingen te geven en stapte hij daarna weer uit. Vervolgens liep de schutter naar het portiek en opende hij het vuur.
Voor H. is zijn kantoor in Schiedam zijn grootste troef om vrijuit te gaan. Hij stelt dat hij daar de nacht heeft doorgebracht en dat hij pas na de beschieting weer de auto in stapte. Hij geeft aan dat hij daar rustig heeft gewerkt, weg van alle incidenten in Rotterdam. De rechters betitelen dit als een verzonnen rookgordijn. Het alibi paste volgens hen niet bij de feiten in het dossier: de auto is gevolgd, de timing klopt niet en de verklaringen van de medeverdachte bevestigen juist de betrokkenheid van H. bij de voorbereiding en uitvoering van de beschieting.
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straf zwaar meegewogen dat door de beschieting ernstige angst is veroorzaakt in de buurt. Ook is er materiële schade aan het portiekgebouw. Hoewel H. zelf niet de trekker heeft overgehaald, rekent de rechtbank het hem zwaar aan dat hij het wapen heeft geleverd en de schutter heeft begeleid.
Yordi H. blijft voorlopig in detentie om zijn gevangenisstraf van 28 maanden uit te zitten. Hij kan nog in hoger beroep gaan, maar zolang hij dat niet doet, blijft hij vastzitten.