ROTTERDAM– De gemeenteraad van Rotterdam wil eindelijk duidelijkheid over wat er gebeurt met mensen die hulp weigeren, maar niet in aanmerking komen voor gedwongen zorg. Een motie van D66 roept het stadsbestuur op om de aanpak van deze groep haarfijn uit te leggen.
Volgens de laatste voortgangsrapportage van het plan ‘Op weg naar herstel en een thuis 2023-2026’ schiet de wet tekort voor zorgmijders die buiten het bereik van verplichte hulp vallen. Wat zij precies weigeren en hoe de gemeente probeert contact te houden, blijft vaag. Dat zit veel raadsleden niet lekker. De motie stelt dat er binnen de raad verwarring heerst over wat er nu daadwerkelijk gebeurt. Zonder helder beeld is het lastig om te beoordelen of het beleid werkt en of het geld goed wordt besteed. D66 wil dat het college uitlegt hoe Rotterdam deze mensen benadert, welke hulp wordt aangeboden en hoe het contact wordt onderhouden.
Raadslid Eyasu Balcha van D66 vindt dat het tijd is voor openheid. ‘We moeten weten wat werkt en wat niet. Alleen dan kunnen we verbeteren.’ De motie vraagt om een rapportage aan de raad waarin de werkwijze wordt uitgelegd en knelpunten zichtbaar worden gemaakt.
Zorgmijders zijn vaak mensen met psychische problemen, verslavingen of een combinatie daarvan. Ze vallen tussen wal en schip, omdat ze niet willen of kunnen meewerken aan hulptrajecten. Gemeenten worstelen al jaren met deze groep, die vaak overlast veroorzaakt of in schrijnende situaties leeft. Rotterdam probeert via outreachende teams en straatcoaches contact te leggen, maar het is niet altijd duidelijk hoe succesvol dat is. De motie wil daar verandering in brengen. Door beter inzicht te krijgen, hoopt de raad dat er meer grip komt op deze problematiek.
Het college moet nu met een duidelijke uitleg komen. De raad wil weten welke aanpakken worden gebruikt, hoe vaak er contact is en wat er gebeurt als mensen blijven weigeren. Ook moet duidelijk worden of er voldoende middelen zijn om deze groep te helpen.
