WaterwegActueel
Editie Vlaardingen / Maassluis / Schiedam / Hoek van Holland

LAAG IQ DUS MINDER STRAF METROSCHUTTER RODNEY A. (22) SCHIEDAM

SCHIEDAM- De 22-jarige Antilliaan Rodney A. uit Schiedam is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 360 dagen, waarvan 106 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar voor het geweld in de metro te Hoek van Holland. Daarnaast moet hij zich houden aan een reeks bijzondere voorwaarden, waaronder een verplichte opname in een forensische zorginstelling en toezicht van de reclassering. De opgelegde straf is aanzienlijk lager dan de eis van het Openbaar Ministerie, dat 540 dagen gevangenisstraf had gevraagd, waarvan 286 dagen voorwaardelijk. Ook was een locatieverbod voor Hoek van Holland onderdeel van de eis, maar dit vindt de rechtbank niet nodig. Bovendien mag A. de straf die hij in voorarrest heeft uitgezeten aftrekken van zijn gevangenisstraf. Zodra hij vrijkomt, moet hij direct met zijn behandeling beginnen.

Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met psychologische rapporten, waarin wordt vastgesteld dat A. lijdt aan ADHD, een autismespectrumstoornis, antisociale persoonlijkheidstrekken en een laaggemiddelde intelligentie. Deze stoornissen beïnvloedden zijn gedrag ten tijde van de gebeurtenissen. Hierdoor worden de bewezen feiten in verminderde mate aan hem toegerekend. De psychiater wijst op het belang van een klinische opname om recidive te voorkomen en adviseert intensieve begeleiding en behandeling gericht op agressieregulatie en persoonlijkheidsontwikkeling.

A. is schuldig bevonden aan meerdere ernstige feiten die plaatsvonden op 12 mei 2024 in de metro vanaf het strand. Samen met een medeverdachte veroorzaakte hij een confrontatie met twee mannen, die uitmondde in een vechtpartij en bedreigingen met een vuurwapen. Uit camerabeelden, die tijdens de rechtszitting zijn getoond, blijkt dat de medeverdachte een pistool trok en dit meermaals richtte op een van de slachtoffers, twee Iraniërs. Ook gebruikte de medeverdachte het pistool om het slachtoffer op het hoofd te slaan. A. raapte het pistool op een gegeven moment van de grond op en gaf dit terug aan de medeverdachte, ondanks het feit dat deze het wapen al op dreigende wijze had gebruikt. De rechtbank oordeelde dat A. daarmee bewust de kans accepteerde dat zijn medeverdachte opnieuw de slachtoffers zou bedreigen met het vuurwapen.

Hoewel het Openbaar Ministerie hem ook beschuldigde van het voorbereiden van doodslag en bedreiging met een mes, is A. van deze beschuldigingen vrijgesproken. De rechtbank concludeert dat er geen bewijs is dat hij doelbewust voorbereidingen trof voor het plegen van doodslag. Ook de aangetroffen camerabeelden laten geen bedreiging met een mes zien, hoewel daarop het DNA van A. is gevonden.

De gevolgen van de vechtpartij waren groot voor de slachtoffers. Naast fysiek letsel hebben zij ook geestelijk geleden, zoals blijkt uit slachtofferverklaringen die tijdens de zitting zijn voorgelezen. Voor immateriële schade moet A. schadevergoedingen betalen van respectievelijk 1.500,- en 2.500,- euro. Deze bedragen worden vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van de gebeurtenissen.

Naast zijn gevangenisstraf moet A. zich houden aan een reeks bijzondere voorwaarden. Zo moet hij zich laten opnemen in een forensische zorginstelling voor een periode van 6 maanden en mag hij geen contact opnemen met de medeverdachte of de slachtoffers. Ook krijgt hij een verbod om zich in Vlaardingen te bevinden (de woonplaats van de mededader). Verder is hij verplicht om zijn financiën op orde te brengen, een dagbesteding te vinden en mee te werken aan controle op het gebruik van alcohol en drugs. De rechtbank acht deze voorwaarden noodzakelijk om herhaling van vergelijkbaar gedrag te voorkomen en A. te helpen met zijn resocialisatie.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *