ROTTERDAM– Er is een hele reeks ingrepen nodig in Rotterdam om de steun aan slachtoffers van het toeslagenschandaal beter te laten verlopen. Dat laat wethouder Abigail Norville (Denk) weten. Zij erkent dat er veel misging en dat gedupeerden zich geregeld niet gehoord voelden. De afgelopen maanden kwamen 130 klachten binnen. Veel daarvan gaan over trage afhandeling en gebrekkige communicatie. Een deel van de klachten gaat over het gevoel dat dossiers zonder overleg werden afgesloten. Uit onderzoek blijkt dat dit soms inderdaad niet goed gaat. In meerdere gevallen is de gemeente opnieuw in gesprek gegaan met de betrokkenen.
Uit de woorden van Norville komt naar voren dat medewerkers die gezinnen begeleiden zwaar werk doen. Zij krijgen dagelijks verhalen te horen van mensen die jarenlang in de knel zaten. Dat zorgt voor spanning op de werkvloer en een hoog verloop. Daarom is binnen de organisatie gewerkt aan een cultuur waarin collega’s elkaar meer steunen en waar afspraken duidelijker worden vastgelegd. Medewerkers krijgen extra trainingen en kunnen terecht bij een vertrouwenspersoon. Ook zijn er bijeenkomsten georganiseerd waar zij hun zorgen konden delen.
Ook jongeren blijken moeilijk te bereiken. Rotterdam werkt met vier organisaties die inmiddels zo’n 250 jongeren begeleiden. Toch melden veel jongeren zich niet uit zichzelf. Daarom worden zij via evenementen, folders en sociale media actief benaderd. Daarnaast heeft de gemeente een lijst gekregen van jongeren met openstaande schulden, zodat zij gericht kunnen worden geholpen.
Voor medewerkers van de gemeente die zelf slachtoffer zijn van het schandaal verandert er ook iets. Zij werden tot nu toe geholpen door het Instituut Publieke Waarden, maar dat stopt, omdat het instituut niet kan voldoen aan de eisen voor formele besluiten. Vanaf januari worden deze medewerkers binnen de gemeente zelf begeleid in streng beveiligde dossiers.
Norville zegt dat zij zich realiseert dat achter elke klacht een gezin of jongere zit die al veel heeft meegemaakt. Zij wil daarom blijven volgen hoe de steun in de praktijk uitpakt en waar nodig ingrijpen. Volgens haar moet de dienstverlening merkbaar beter worden voor iedereen die nog steeds met de gevolgen van het schandaal worstelt.
