VLAARDINGEN– De rechtbank Rotterdam heeft een 23-jarige Antilliaan uit Schiedam-Groenoord veroordeeld tot een taakstraf van 240 uur en een rijontzegging van 5 maanden, wegens het veroorzaken van een dodelijk verkeersongeluk. Ook krijgt hij een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand met een proeftijd van 2 jaar. De straf valt fors lager uit dan de eis van het Openbaar Ministerie, dat 6 maanden cel en 2 jaar rijontzegging had gevorderd.
Op 29 mei 2023 reed de 23-jarige Riangelo M. met zijn personenauto over de Zwanensingel in Vlaardingen-Holy, waar op dat moment wegwerkzaamheden aan de gang waren. Hoewel de maximumsnelheid daar tijdelijk was verlaagd naar 30 kilometer per uur, reed M. ongeveer 50 kilometer per uur. Ook paste hij zijn snelheid niet aan toen hij een onoverzichtelijke kruising naderde, ondanks verkeersborden, schrikhekken en bakens die waarschuwden voor de oversteekplaats voor fietsers. Bovendien was hij tijdens het rijden bezig met zijn mobiele telefoon, die in de bekerhouder lag. Hij gaf zelf toe af en toe op het scherm te hebben gekeken en meldingen te hebben gezien.
Op de kruising met de Achterlangs kwam hij in botsing met de 56-jarige Bulgaar B.J. S., die op zijn fiets de weg overstak. Hoewel de fietser voorrang had moeten verlenen, oordeelde de rechtbank dat het rijgedrag van M. aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend was. Uit het onderzoek blijkt dat M. kort voor de aanrijding zijn telefoon actief had gebruikt. De combinatie van te hard rijden, afleiding door de telefoon en het niet afremmen bij een onoverzichtelijke oversteekplaats leidde volgens de rechtbank tot het fatale ongeluk. De fietser overleed op 14 juni 2023 aan zijn verwondingen, waaronder breuken in zijn kaak en pols en ernstige inwendige bloedingen.
De rechtbank houdt bij de strafoplegging rekening met het feit dat M. kort voor het ongeluk zijn rijbewijs had teruggekregen na een eerdere rijontzegging van 10 maanden, waarvan 5 maanden voorwaardelijk. Op het moment van het ongeluk liep M. dus nog in een proeftijd. De rechtbank acht het daarom gerechtvaardigd om de eerder opgelegde voorwaardelijke rijontzegging alsnog ten uitvoer te leggen. Dit betekent dat M. in totaal 10 maanden niet mag rijden.
Hoewel het Openbaar Ministerie uitging van zeer onvoorzichtig rijgedrag, komt de rechtbank tot een mildere schuldvorm: aanmerkelijke onvoorzichtigheid en onoplettendheid. De rechtbank stelt dat M. weliswaar formeel voorrang had, maar desondanks onvoldoende heeft geanticipeerd op de omstandigheden ter plaatse. Zijn rijgedrag wordt des te ernstiger geacht vanwege de onoverzichtelijkheid en de aanwezigheid van waarschuwingsborden.
Tijdens de zitting is duidelijk hoe ingrijpend het verlies is voor de nabestaanden van het slachtoffer. De dochters van het slachtoffer lezen een emotionele verklaring voor waarin zij vertellen over het verdriet en het gemis dat het overlijden van hun vader in hun leven heeft veroorzaakt. De rechtbank geeft aan begrip te hebben voor hun gevoelens en noemt het verlies tragisch.
De rechtbank merkt ook op dat M. na het ongeluk contact heeft gezocht met de nabestaanden en spijt heeft betuigd. Volgens de rechtbank komt deze spijtbetuiging oprecht over. Daarnaast is meegewogen datM. door het ongeluk zelf ook psychisch is geraakt en onder begeleiding staat van Reclassering Nederland. In een rapport adviseert de reclassering om bij een veroordeling bijzondere voorwaarden op te leggen, zoals een meldplicht en een verplichting tot het zoeken van een dagbesteding. De rechtbank neemt dit advies over.
De maand gevangenisstraf die de rechtbank oplegt, is voorwaardelijk. Dat betekent dat M. deze straf niet hoeft uit te zitten, tenzij hij zich in de komende twee jaar opnieuw schuldig maakt aan een strafbaar feit of de bijzondere voorwaarden overtreedt. De taakstraf van 240 uur moet hij wel uitvoeren en als hij die niet goed verricht, kan dat worden omgezet in 120 dagen hechtenis.
Oppe die strada izze hij makkelijker te pakken da inne die bakke.